Suriname bestormt de wereldtop
De douanebeambte op het vliegveld van Durban vraagt wat ik in Zuid-Afrika kom doen. “Ik kom voor het Wereldkampioenschap korfbal”, zeg ik. Verbijsterde blik in zijn ogen, maar als ik zeg dat het een beetje lijkt op basketbal, maar dan mixed en moeilijker, en dat ook Zuid-Afrika meedoet, mag ik doorlopen. Dat Zuid-Afrika voorlopig nog niet tot de titelkandidaten behoort, zeg ik er maar niet bij. Ik ben hier als voorzitter van de Surinaamse Korfbalbond, om de ploeg aan te moedigen natuurlijk, en voor de jaarvergadering van de Internationale Korfbal Federatie. Bobo op reis.
Maar vooral om contacten te leggen met mensen die kunnen adviseren hoe we korfbal in Suriname weer tot leven kunnen wekken. Vroeger, in de koloniale jaren, werd er op forse schaal gekorfbald, met name in Paramaribo. Met de onafhankelijkheid van Suriname in 1975 is de klad er in gekomen en pogingen om korfbal weer van de grond te tillen zijn tot nu toe mislukt. Dat is het grotere doel van onze onderneming. Daarom ook was het belangrijk dat het Surinaamse team vorig jaar het kampioenschap van Latijns Amerika won en zich als eerste Surinaamse sportteam ooit, plaatste voor de eindronde van een wereldkampioenschap. Dit is een sport waar Surinamers zich mee kunnen onderscheiden, en wij verwachten dat dit aantrekkingskracht kan hebben voor de jeugd van Suriname. Zodat er over een aantal jaren ook spelers die in Suriname zijn opgegroeid meespelen.
Want het is natuurlijk heel erg leuk dat we met een team vol Nederlandse Surinamers, de eindronde van het WK hebben gehaald, maar de echte ambities liggen verder.
De poulefase is inmiddels achter de rug. We hebben dik gewonnen van Hongarije en Van Macau, maar met een golden goal verloren van China. Dat was onnodig, drie minuten voor tijd stond het team nog met 19-16 voor, maar nonchalant spel van ons en een ijzeren wil bij China, deden het tij keren. Daardoor zijn we tweede geeindigd, en moeten we vandaag (maandag) tegen Engeland. Bij winst wacht Chinese Taipei, die zijn de huidige nummer twee van de wereld, dus dat wordt een lastige klip. Bij winst staan we in de halve finale tegen Belgie, maar laat ik niet op de zaken vooruit lopen. Eerst maar eens winnen van de Engelsen vanmiddag. De wedstrijd wordt live uitgezonden, zoals alle wedstrijden van Suriname, op de Surinaamse staatstelevisie. Zo ver heeft het KNKV het in Nederland nog niet geschopt.
Vanmorgen aan het ontbijt gesproken met Jan Sjouke van de Bos, die de hele wereld rondreist om korfbal te ontwikkelen. Een ware opvolger van good old Adrie Zwaanswijk!
Hij adviseert mij ons vooral ook te richten op de universiteit. Als je daar een aantal mensen enthousiast krijgt en kunt opleiden, scheelt dat enorm. Daar zullen we de komende maanden energie in steken. Interessant om hier de complete internationale korfbalwereld te ontmoeten. Duidelijk is dat de meesten elkaar veel vaker tegenkomen: het is een relatief kleine wereld van gelijkgestemden. Hoewel klein? 69 landen zijn aangesloten bij de Internationale Korfbal Federatie, waarvan er meer dan veertig deelenemen aan internationale toernooien.
De verschillen zijn natuurlijk groot, het Nederlands korfbal is meer dan tien keer zo groot als dat in Belgie, en is het enige land waar het nationaal team bestaat uit professionals met een echt salaris.
Maar er zijn hoopgevende ontwikkelingen. China en Chinees Taipei hebben sterke teams en een goed in de universtiteitswereld gewortelde basis. De nummers twee, drie en vier zitten dicht bij elkaar, en de hele top 10 speelt op een meer dan acceptabel niveau.
De suprematie van Nederland is publicitair een probleem. De finale is niet spannend, de uitkomst staat vast en te vrezen valt dat dit de komende vijftien jaar niet anders wordt.
Aan de andere kant zie je die overheersing (door de VS) ook bij sporten als honkbal, basketbal en ijshockey, waar men ook oplossingen heeft gevonden om het spel internationaal aantrekkelijk te laten zijn. Dat is ook de opdracht voor het korfbal, denk ik, Nederland moet het tot zijn primaire verantwoordelijkheid rekenen het spel op wereldniveau beter te krijgen. Daar wordt in geinvesteerd, overigens, maar men hinkt hier wel op twee gedachten. Aan de ene kant met de korfbal league en het nationaal team de eigen top sterker maken en aan de andere kant de ambitie om korfbal op de Olympische Spelen te krijgen. Maar door dat eerste lijkt het tweede verder uit beeld te raken, omdat men geen sport op de Spelen wil waarvan de gouden medaille vast staat. Die Olympische ambitie deelt overigens iedereen hier in Durban, in 2032 wil men zo ver zijn. Dat wordt nog een hele zware dobber. Veel discussie hier over de vraag of we dat dan zouden moeten doen met een nieuwe variant in het korfbal, vier tegen vier, met 1 of met 2 palen. Reden daarvoor is dat men verwacht dat met kleinere teams de kans groter is dat de sport wordt toegelaten. Ik weet het nog zo net niet, maar heb besloten me met andere zaken bezig te houden, de ontwikkeling van korfbal in Suriname.
Wat dat betreft hebben we nu een mooie eerste stap gezet. Het toernooi liep verder heel goed. Suriname was echt een smaakmaker, heeft de harten van vele aanwezigen gestolen. En goed gepresteerd, gekwalificeerd voor de World Games in 2021 in Birmingham USA. Zesde in de eindrangschikking, van de 20 deelnemende teams, voldoende om trots op te zijn, samen met de grote publiciteit in Suriname. Nu verder bouwen, Suriname bezoeken en tegelijk ook zoeken naar Nederlandse Surinamers die voor hun moederland uit willen en kunnen komen. Het zal nog wel een paar jaar duren voor we zo ver zijn dat we voldoende volwaardige spelers in Suriname zelf kunnen selecteren. Maar er wordt aan gewerkt!
Steven Broers
Datum | 13-08-2019 14:31 |
---|---|
Tags | Hoofdartikel |